/

/

meer aandacht voor levenslang leren dankzij de arbeidsdeal

Legal
28 maart 2023

door Anneleen Wydooghe

Meer aandacht voor levenslang leren dankzij de Arbeidsdeal

Afgelopen najaar hebben heel wat nieuwe arbeidsrechtelijke wetten het licht gezien. Eén daarvan was de langverwachte Arbeidsdeal’, waarover het kernkabinet al in februari een akkoord bereikt had. Specifiek werden maatregelen genomen in het kader van arbeidsflexibiliteit, platformeconomie, opleiding, activerend ontslagrecht en recht op deconnectie. De maatregelen rond opleiding kunnen een significante impact hebben op uw onderneming.

Meer aandacht voor levenslang leren dankzij de Arbeidsdeal

Jaarlijks opleidingsplan

Ondernemingen met meer dan 20 werknemers moeten voortaan jaarlijks voor 31 maart een opleidingsplan opstellen, na het advies ingewonnen te hebben van hun ondernemingsraad of vakbondsafvaardiging (of bij gebrek daaraan, hun werknemers zelf). Het opleidingsplan moet opleidingen bepalen voor personen die behoren tot risicogroepen, zoals vijftigplussers en werknemers met een beperking. Daarnaast moeten er in het opleidingsplan ook opleidingen vermeld staan die het gebrek aan kandidaten voor knelpuntberoepen aanpakken in de sector waartoe de werkgever behoort.

Het opleidingsplan moet bezorgd worden aan de sociale inspectie en bewaard worden binnen de onderneming. Werknemers moeten er op eenvoudige vraag toegang toe hebben.

De paritaire (sub)comités beschikken over de mogelijkheid om sectorale cao’s te sluiten die de minimumvereisten bepalen waaraan het opleidingsplan van de onderneming moet beantwoorden. In dat geval moeten zij uiterlijk op 30 september een sectorale cao neerleggen die van toepassing zal zijn op de opleidingsplannen vanaf het daaropvolgende jaar. De sectorale cao’s met betrekking tot de opleidingsplannen vanaf 2023, moesten uiterlijk op 30 november 2022 worden neergelegd. Enkel door het paritair comité 124 voor de bouw werd een dergelijke sectorale cao neergelegd. Wel is het zo dat in een aantal sectoren reeds vroegere cao’s bestaan, los van de nieuwe Arbeidsdeal, die bepalen hoe de onderneming een opleidingsplan moet/kan opmaken (bv. in het kader van de werkzaamheden van het opleidingsfonds van de sector of een bredere opleidingsstrategie die de sector zelf al heeft uitgezet).

Individueel opleidingsrecht

Vóór de Arbeidsdeal was het recht op opleiding collectief en bestond het uit een gemiddeld aantal dagen opleiding per voltijdse equivalent, verdeeld in de onderneming. Voortaan is het een individueel recht dat geldt voor elke werknemer van een onderneming met 10 of meer werknemers.

In een onderneming met minstens 20 werknemers dient het aantal opleidingsdagen 5 per jaar en per voltijdse werknemer te bedragen. Dat quotum van 5 dagen geldt effectief vanaf 2024. In 2023 bedraagt het nog 4 dagen. Telt de onderneming tussen de 10 en de 20 werknemers? Dan is het recht gelijk aan 1 dag per voltijdse werknemer per jaar.

De opleiding kan gevolgd worden tijdens of na de normale werkuren van de werknemer. Als de werknemer na de werkuren een opleiding volgt, wordt het normale loon uitbetaald en is er geen overloon verschuldigd. Er gelden specifieke regels in geval van niet gebruikte opleidingsdagen op het einde van het jaar en bij uitdiensttreding.

Voortaan is het recht op opleiding een individueel recht dat geldt voor elke werknemer van een onderneming met 10 of meer werknemers. Anneleen Wydooghe

Het individueel opleidingsrecht dient in principe te worden vastgesteld in een tweejaarlijkse sectorale cao. De wet voorziet in de minimale inhoud van zulke cao’s (o.m. het aantal dagen, het groeipad, de praktische uitwerking, het soort opleidingen dat in aanmerking komt). De paritaire (sub)comités hebben tot 30 september 2023 om een eerste cao te sluiten voor 2023-2024. Zij kunnen het aantal verplichte opleidingsdagen verminderen in hun cao, zonder dat het minder dan 2 dagen mag bedragen.

Als er geen sectorale cao wordt gesloten, moet het individuele opleidingsrecht in de onderneming worden geïmplementeerd via een individuele opleidingsrekening met enkele verplichte bepalingen. Die opleidingsrekening moet de vorm van een (elektronisch) formulier aannemen en moet worden bewaard in het persoonlijk dossier van de werknemer. De werkgever moet elke werknemer in kennis stellen van het bestaan van de opleidingsrekening en moet iedereen jaarlijks wijzen op z’n resterend saldo aan opleidingsdagen en het recht tot raadpleging of correctie van de opleidingsrekening.

Hulp nodig?

Wilt u begeleiding bij de implementatie van deze opleidingsmaatregelen in uw hr-beleid? We helpen u graag!

Deel dit artikel

Anneleen Wydooghe

Team Manager Sustainability anneleen.wydooghe@vdl.be

Disclaimer
Bij onze adviezen baseren wij ons op de huidige wetgeving, interpretaties en rechtsleer. Dit verhindert niet dat de administratie deze kan betwisten of dat bestaande interpretaties kunnen wijzigen.


Nieuws en inzichten

Lees onze laatste inzichten en nieuwsberichten om op de hoogte te blijven van veranderingen in jouw sector.