Hector
“Mijn vader had in de hotelschool Ter Duinen gezien dat hij zou moeten werken op de momenten dat anderen kunnen uitgaan,” vertelt Stephan Destrooper. “Daarom begon hij een textielbedrijf. Ook voor mij zag hij een toekomst in die richting, net als mijn broer die voor ingenieur studeerde. Maar nadat ik de film ‘Hector’ had gezien, wilde ik net als Urbanus bakker worden. Mijn vader gaf toe, op voorwaarde dat ik eerst een hele zomer bij een bakker vakantiejob ging doen. En wat bleek? Het was niet alleen wat ik zocht, maar mijn ongeduldige aard, die me op school nog parten had gespeeld, bleek hier net een grote troef om snel een groot volume producten te kunnen produceren.”
Massa = kassa
Na een opleiding in Ter Groene Poorte werkte Stephan Destrooper als banketbakker drie jaar in gerenommeerde huizen in Amsterdam, Parijs en Brussel. Daarna leerde hij vier jaar de finesses van het ondernemerschap als productieverantwoordelijke in de koekjesfabriek van zijn neven. Op zijn 27e was hij klaar voor een eerste éigen bakkerij. “In Beveren a/d IJzer nam ik samen met mijn vrouw een failliete dorpsbakkerij over. Na enkele jaren kregen we echter het gevoel dat het niet snel genoeg groeide. In onze branche is immers enkel massa gelijk aan kassa. Omdat we aan onszelf en aan ons product twijfelden, kochten we in alle bakkerijen aan de kust taarten en patisserie om te vergelijken. Toen leerden we dat niet de kwaliteit van ons product, maar alleen onze locatie de groei afremde.”