/

/

nieuwe wetboek van vennootschappen en verenigingen gestemd en goedgekeurd!

Tax
04 maart 2019

door Wannes Gardin

Nieuwe Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen gestemd en goedgekeurd!

Het heeft heel wat voeten in de aarde gehad, maar op 28 februari 2019 werd het nieuwe Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen (“WVV”) dan toch goedgekeurd. Vanaf 1 mei 2019 zal dit nieuwe WVV stapsgewijs in werking treden. Het nieuwe wetboek brengt heel wat substantiële wijzigingen met zich mee, waarbij de wetgever vereenvoudiging en flexibilisering als krachtlijnen vooropgesteld heeft. Wij geven u hierbij een beknopt overzicht van enkele belangrijke krijtlijnen:

Nieuwe wetboek van vennootschappen en verenigingen gestemd en goedgekeurd!

1. Beperking van het aantal vennootschapsvormen

De wildgroei aan vennootschapsvormen wordt door het nieuwe WVV gereduceerd tot vier basisvormen: de besloten vennootschap (BV), de naamloze vennootschap (NV), de coöperatieve vennootschap (CV) en de maatschap. De wetgever heeft voor deze vier vennootschapsvormen gekozen, vermits de andere bestaande vormen juridisch tot één van deze vier basisvormen kunnen herleid worden, weliswaar met varianten.

De maatschap

De maatschap wordt de basisvennootschapsvorm voor vennootschappen zonder (volkomen) rechtspersoonlijkheid. De maatschap kan stil of tijdelijk zijn en kan onder bepaalde voorwaarden toch rechtspersoonlijkheid verkrijgen en de vorm aannemen van een commanditaire vennootschap (Comm.V.) of een vennootschap onder firma (VOF).

Besloten vennootschap (BV)

De huidige BVBA wordt herdoopt tot de nieuwe, versoepelde besloten vennootschap: BV. De BV wordt dé basisvennootschapsvorm bij uitstek voor kleine tot (middel)grote ondernemingen, die ook in een internationale context gemakkelijk gebruikt kan worden. 

Onder de nieuwe regeling zal dit de meest flexibele - en bovendien kapitaalloze - vennootschapsvorm zijn, waar contractuele vrijheid centraal staat. Dit vertaalt zich ondermeer in schier eindeloze mogelijkheden qua type effecten die kunnen worden uitgegeven en qua overdrachtsbeperkingen. Centraal staat de gedachte dat het  voor vennoten mogelijk wordt om een BV op maat van hun onderneming te creëren. 

Voor de oprichting zal er niet langer een minimumkapitaal vereist zijn. Deze versoepeling wordt evenwel opgevangen door de vereiste dat de vennootschap bij haar oprichting over een toereikend eigen vermogen beschikt in het licht van de voorgenomen bedrijvigheid én door de vereiste van een verstrengd financieel plan. 

Ter bescherming van de schuldeisers zal de BV, wanneer zij een uitkering wil doen, steeds een verplichte dubbele uitkeringstest moeten doen, genaamd de balanstest én de liquiditeitstest.

Naamloze vennootschap (NV)

Het is de wil van de wetgever dat de NV de meest aangewezen rechtsvorm wordt voor de grootste en beursgenoteerde ondernemingen (niettegenstaande dat een BV volgens het nieuwe WVV eveneens beursgenoteerd kan zijn). Desalniettemin lijkt het ons voor de meeste bestaande NV’s perfect mogelijk om onder hun huidige vennootschapsvorm verder te werken,  zelfs al hebben ze niet de omvang die de wetgever voor een NV voor ogen had.

De coöperatieve vennootschap (CV)

De coöperatieve vennootschap op haar beurt keert terug naar haar oorspronkelijke bestaansreden. Enkel vennootschappen die echt opereren  vanuit  de coöperatieve gedachte zullen nog van deze vennootschapsvorm gebruik kunnen maken. Het merendeel van de huidige coöperatieve vennootschappen zal niet aan deze voorwaarden voldoen. Zij zullen genoodzaakt zijn een onderkomen te zoeken in een andere vennootschapsvorm, in principe de BV.

2. Mogelijkheid tot eenhoofdigheid

Zowel de BV als de NV zullen onder de nieuwe regeling door één persoon kunnen opgericht worden, waarbij het niet uitmaakt of deze persoon een rechtspersoon dan wel een natuurlijke persoon is.

Voor de maatschap zijn er daarentegen nog steeds minimum twee oprichters/vennoten vereist. Ook voor de coöperatieve vennootschap (CV) zijn er nog steeds drie oprichters/vennoten vereist. 

3. Enkele belangrijke wijziging op vlak van bestuur

  • Voor de NV worden er op vlak van bestuur heel wat nieuwigheden geïntroduceerd door het WVV. Zo kan de NV haar bestuur op drie verschillende manieren te organiseren: (1) monistisch bestuur (enkel raad van bestuur), (2) duaal bestuur (raad van toezicht en directieraad) en (3) éénhoofdig bestuur.
    Voor de BV blijft in se de huidige regeling voor de BVBA gelden. De algemene regel blijft één of meerdere volledig bevoegde bestuurders, met de mogelijkheid om in een collegiaal bestuursorgaan te voorzien. 
  • Voor alle vennootschappen en vereniging bestaat de mogelijkheid om in een dagelijks bestuur te voorzien. 
  • De ad nutum herroepbaarheid van de bestuurdersmandaten blijft ook in de nieuwe regeling de algemene regel, doch is van aanvullend recht zodat er van deze regel kan afgeweken worden en desgevallend in een ontslagbescherming kan voorzien worden. 
  • In geval van een belangenconflict kan de geconflicteerde bestuurder(s), zowel in vennootschappen als in verenigingen, niet deelnemen aan de beraadslaging en stemming omtrent de betrokken beslissing of verrichting. 
  • Onder de nieuwe regeling wordt de (buiten)contractuele aansprakelijkheid van bestuurders van zowel vennootschappen als verenigingen beperkt tot een maximumbedrag, welk bedrag bepaald wordt i.f.v. de grootte (omzet en balanstotaal) van de onderneming. Op deze aansprakelijkheidsbeperking zijn er evenwel enkele uitzonderingen voorzien (zoals bijvoorbeeld bij opzettelijke fouten). 

4. Nieuw onderscheidingscriterium tussen vennootschappen en verenigingen

Vanaf 1 mei 2019 zullen vennootschappen en verenigingen door hetzelfde wetboek geregeld worden. Het klassieke onderscheidingscriterium van ‘winstoogmerk’ wordt daarbij gewijzigd naar ‘winstuitkering’. Dit brengt met zich mee dat verenigingen vanaf nu wél economische activiteiten mogen ondernemen, met winstoogmerk mogen handelen en winsten mogen genereren. 

De winst moet evenwel besteed worden aan de vereniging en mag niet uitgekeerd worden aan de leden, bestuurders, oprichters of anderen, tenzij dat noodzakelijk zou zijn ter verwezenlijking van het nagestreefde, belangeloos doel. 

5. Invoering van de statutaire zetelleer

Met het nieuwe WVV komt er een einde aan de werkelijke zetelleer en wordt gekozen voor de statutaire zetelleer. Dit heeft tot gevolg dat een rechtspersoon voortaan zal beheerst worden door het vennootschaps- en verenigingsrecht van haar statutaire zetel, ook al oefent zij haar activiteiten daadwerkelijk elders uit.
Let wel: de statutaire zetelleer geldt enkel binnen het vennootschapsrecht en heeft geen consequenties voor o.a. het fiscaal recht, insolventierecht en milieurecht. 

6. Inwerkingtreding

Zoals hoger aangegeven, zal het nieuwe WVV stapsgewijs in werking treden vanaf 1 mei 2019, en dit als volgt: 

  • Vanaf 1 mei 2019 zal het WVV integraal van toepassing zijn op de nieuwe vennootschappen en verenigingen. De bestaande rechtspersonen kunnen zich desgevallend vanaf 1 mei 2019 vrijwillig onderwerpen aan de nieuwe regeling (via een zogenaamde “opt-in”). 
  • Vanaf 1 januari 2020 zullen de dwingende wetsbepalingen van rechtswege,  met onmiddellijke ingang van toepassing zijn op de bestaande vennootschappen en verenigingen, zoals bijvoorbeeld de nieuwe benamingen en afkortingen, de omvorming van het kapitaal in de BV in een statutair onbeschikbare eigen vermogensrekening, enz. 
  • Voor de andere wetsbepalingen beschikken de bestaande rechtspersonen over de mogelijkheid om te wachten om zich aan te passen aan het nieuwe WVV tot een volgende statutenwijziging, met dien verstande dat de bestaande vennootschappen en verenigingen uiterlijk op 1 januari 2024 het nieuwe WVV volledig moeten naleven. 
  • Ook de bestaande rechtspersonen met een vennootschapsvorm die door het nieuwe WVV wordt afgeschaft, zijn aan dezelfde deadline onderworpen. Indien deze rechtspersonen niet tijdig tot omzetting overgaan, zullen zij van rechtswege in de meest gelijkende rechtsvorm omgezet worden. 
  • De overstap van de werkelijke zetelleer naar de statutaire zetelleer gaat reeds onmiddellijk in op 1 mei 2019. 

Hebt u verdere vragen over Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen, aarzel niet om één van onze specialisten te contacteren via contact@vdl.be.