/

/

nieuwe fiscale bepalingen in de programmawet van 1 juli 2016

29 september 2016

door Els Van Eenhooge en Julie Vantomme

Nieuwe fiscale bepalingen in de Programmawet van 1 juli 2016

Nieuwe fiscale bepalingen in de Programmawet van 1 juli 2016
De nieuwe Programmawet van 1 juli 2016 heeft een aantal bepalingen ingevoerd die de Administratie meer controle- en aanslagbevoegdheden toekent op het vlak van internationale gegevensuitwisseling. In dit artikel worden de belangrijkste bepalingen kort besproken.

Uitbreiding toegang tot CAP-gegevens


Het Centraal Aanspreekpunt (CAP) is een geïnformatiseerde databank die door de Nationale Bank van België wordt beheerd. Iedere natuurlijke persoon die houder is van één of meerdere rekeningen bij een in het buitenland gevestigde financiële instelling moet deze rekeningen melden aan het aanspreekpunt. Ook de Belgische financiële instellingen zijn verplicht de identiteit van hun klanten en hun rekeningnummers mee te delen aan het CAP.

Deze gegevens kunnen sinds de nieuwe Programmawet door de Administratie worden gebruikt voor de vestiging en invordering van alle belastingen (denk maar aan de directe belastingen, btw, successierechten, etc.). Daarnaast kunnen de gegevens ook door het Openbaar Ministerie en de Gerechtelijke Macht worden aangewend in het kader van onderzoek naar fiscale fraude. Ten slotte kunnen ook notarissen de gegevens gebruiken voor de fiscale aspecten van de aangifte nalatenschap.

Uitbreiding bijzondere aanslagtermijn in de inkomstenbelasting


Het is niet nieuw dat België gegevens uitwisselt met andere landen. In het verleden was deze uitwisseling beperkt tot landen waarmee ons land een dubbelbelastingverdrag had afgesloten. Sinds begin dit jaar werd de gegevensuitwisseling uitgebreid met andere rechtsgronden die de uitwisseling van inlichtingen regelen, zoals FACTA en CRS. Dankzij de nieuwe Programmawet kunnen deze gegevens voortaan ook gebruikt worden om een bijzondere controle- en aanslagtermijn in te stellen.

Mocht de Administratie via deze buitenlandse inlichtingen ontdekken dat een belastingplichtige in de loop van de vijf voorgaande jaren zijn belastbare inkomsten niet heeft aangegeven, dan beschikt zij voortaan over een bijkomende onderzoeks-en aanslagtermijn van 2 jaar. Is er sprake van bedrieglijk opzet, dan kan de fiscus inkomsten tot 7 jaar terug taxeren.

Uitbreidingen op vlak van btw


Waar de inkomstenbelasting precies naartoe gaat, is voor de btw moeilijk te achterhalen. Er bestond reeds een verlengde verjaringstermijn van 7 jaar voor inlichtingen afkomstig uit landen waarmee België een dubbelbelastingverdrag heeft afgesloten. Dankzij de nieuwe Programmawet mogen alle inlichtingen gebruikt worden waarvoor een rechtsgrond bestaat die het uitwisselen van inlichtingen regelt (cfr. CRS en FATCA).

Daarnaast mag ook de Administratie de verlengde verjaringstermijn instellen. Dit is van toepassing wanneer zij de buitenlandse informatie ontvangt voor of na het verstrijken van de normale verjaringstermijn van 3 jaar.

Bovenstaande bepalingen zijn in werking getreden op 14 juli 2016.

Hebt u vragen over de nieuwe Programmawet van 1 juli 2016? Neem dan contact op met een van onze specialisten.

Deel dit artikel

Els Van Eenhooge

Senior Manager Tax els.vaneenhooge@vdl.be

Julie Vantomme

Senior Advisor Tax julie.vantomme@vdl.be

Disclaimer
Bij onze adviezen baseren wij ons op de huidige wetgeving, interpretaties en rechtsleer. Dit verhindert niet dat de administratie deze kan betwisten of dat bestaande interpretaties kunnen wijzigen.